Kinderen van de erflater hebben recht op het lage tarief voor de erfbelasting en op de kindvrijstelling. Maar hoe zit dat als er geen sprake is van een familierelatie en als het kind niet door de biologische vader is erkend?
Wat speelde er over een niet erkend kind?
Geert is de biologische vader van Teun, maar Geert heeft zijn kind niet erkend. De moeder van Teun heeft later een relatie gekregen met Jan. Jan heeft Teun wel als zijn eigen kind erkend.
Forse erfenis: wat met de kindvrijstelling en het lage tarief?
Als Geert in 2017 overlijdt, blijkt dat hij een testament heeft gemaakt waarbij hij Teun tot erfgenaam heeft benoemd. Op basis daarvan verkrijgt Teun een erfenis van € 503.932. Voor de aangifte erfbelasting doet Teun een beroep op het vrijgestelde bedrag, zoals dat geldt voor kinderen die van hun ouders erven. Voor 2017 is dat € 20.209. Ook meent hij in aanmerking te komen voor het lage tarief van 10% tot een verkrijging van € 122.269 (in 2017) en 20% voor alles daarboven. Volgens deze berekening moet hij € 84.516 aan erfbelasting voldoen.
Wat vindt de fiscus?
De belastinginspecteur gaat niet akkoord. Omdat Teun niet door Geert is erkend en omdat er ook geen sprake is van een familierelatie, geldt Geert niet als de juridische vader van Teun. Dat betekent dat hij voor de erfbelasting slechts recht heeft op een vrijgesteld bedrag van € 2.129 (in 2017). Ook is op zijn verkrijging het hogere tarief van 30 en 40% van toepassing. Hij moet dus volgens de inspecteur € 188.493 aan erfbelasting betalen.
Hoe zit het juridisch bekeken?
De inspecteur heeft gelijk als hij stelt dat volgens de wet Geert als biologische vader niet tevens de juridische vader van Teun is. Daarvoor is een familierechtelijke betrekking vereist. Op het moment dat Teun werd geboren, was Geert niet met de moeder gehuwd en hij heeft Teun daarna ook niet als zijn eigen kind erkend.
Bloedverwantschap is voor de belastingen bepalend
Voor de belastingwetgeving gelden echter andere regels. Daarbij gaat het niet om de familierechtelijke betrekking, maar om bloedverwantschap. Een biologisch kind, ook al is het niet erkend en bestaat er geen familierelatie, is een bloedverwant in de eerste graad van zijn biologische ouder.
Over afstammelingen gesproken
In het artikel in de Successiewet 1956 wordt gesproken over ‘afstammelingen’. De hoogste rechter heeft al eerder bepaald dat met afstammelingen niets anders kan worden bedoeld dan bloedverwanten in de rechte neergaande lijn. In die zin kan Teun als bloedverwant in de rechte neergaande lijn van Geert worden aangemerkt. Dat betekent dat er dus belasting moet worden geheven naar het lage tarief van tariefgroep 1.
Uitspraak van het hof is in het voordeel van het kind
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat, ook al is Teun niet als kind door zijn biologische vader erkend, hij voor de erfbelasting (toch) recht heeft op het vrijgestelde bedrag voor kinderen en op het lage tarief. Hij hoeft dus € 103.977 minder aan erfbelasting te betalen. Het loont dus zeker de moeite om een gerechtelijke procedure te voeren!
Bepalend voor de erfbelasting is of een kind afstammeling is van de erflater. Dat is het geval als er sprake is van bloedverwantschap in de rechte neergaande lijn. Het kind heeft dan recht op de kindvrijstelling en op het lage tarief voor de erfbelasting. Dat maakt een fors verschil in de te betalen erfbelasting.
Meer weten?